Bepaling van de omvang van de Vlielandse broedpopulatie van de Eidereend
Crul, M. (1980). Bepaling van de omvang van de Vlielandse broedpopulatie van de Eidereend. Interne verslagen Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee, 1980(6). NIOZ: Texel. 39 pp.
Part of: Interne verslagen Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee. Nederlands Insituut voor Onderzoek der Zee: Texel.
De volgende schattingen van de omvang van de broedpopulatie zijn de resultaten van de drie beschreven methoden: nestinventarisatie: > 1640; 1950 telling: 2350 Vangst- en ringgegevens: 2100 + 150 De onbetrouwbaarheid van het resultaat van de telling en van de nestinventarisatie tegenover de grotere betrouwbaarheid van het resultaat van de berekening met de vangst- en ring- gegevens geeft aanleiding tot de conclusie, dat de werkelijke omvang van de broedpopulatie van de eidereend op Vlieland in 1979 tussen de 1950 en 2250 broedwijfjes zal liggen, met een gemiddelde schatting van 2100. Het is aan te raden betrouwbare correcties te ontwikkelen voor de methode van de gedifferentieerde telling, omdat deze methode ieder jaar snel en efficiënt is toe te passen en geen verstoring van de broedpopulatie veroorzaakt. Het sterk wisselende aantal overzomerende eenden is waarschijnlijk het belangrijkste verschijnsel, waarvoor gecorrigeerd dient te worden. Mogelijk kan hieraan in de komende jaren extra aandacht besteed worden.
All data in the Integrated Marine Information System (IMIS) is subject to the VLIZ privacy policy